Wat is er nodig voor een meer circulaire bouwsector? Inzichten van Sien Cornillie, expert circulariteit bij NAV

P1176040

NAV, of "Netwerk Architecten Vlaanderen," is een professionele organisatie voor architecten in Vlaanderen. Ze biedt diverse diensten aan, waaronder professionele ontwikkeling en belangenbehartiging voor architecten. Daarnaast bevordert NAV ook netwerkmogelijkheden en geeft het advies over juridische, technische en managementaspecten. Het netwerk werkt momenteel aan een standpuntennota rond circulariteit. We spraken met Sien Cornillie, expert circulariteit bij NAV, die in dit interview uit eigen naam spreekt.

Sien, kun je iets meer vertellen over je werk bij NAV?

Sinds april 2023 werk ik bij de studiedienst van NAV waar ik als adviseur circulariteit onder andere werk aan opleidingsprogramma’s, kennisartikels en onderzoeksprojecten, een werkgroep rond circulair bouwen begeleid en aan de NAV-standpuntnota rond circulariteit en de rol van de architect schrijf. Daarvoor werkte ik als architect bij verschillende bureaus. Ons studiedienstteam bij NAV bestaat uit zes leden, elk met hun eigen specialisatie.

Circulariteit is uiteraard een belangrijk thema binnen de bouwsector.
Wat zijn volgens jou de belangrijkste principes van circulaire architectuur?

Circulariteit is een term die vooralsnog weinig architecten in de mond nemen, maar de achterliggende ontwerpprincipes zijn niet nieuw. Vernaculaire architectuur bijvoorbeeld, geldt als circulair boegbeeld avant-la-lettre, omdat het gebruik maakt van lokale middelen en bouwmethoden om een aangename leefomgeving te creëren, rekening houdend met de lokale klimatologische omstandigheden.

Principieel vertaalt zich dit naar een ontwerpersmindset die aan de slag gaat met wat er beschikbaar is. Het gaat er dus over hoe we met de kennis en middelen die we vandaag hebben, binnen planetaire grenzen, comfort kunnen creëren voor de mens. Het jammere is dat de markt doorgeslagen is in eindeloos veel mogelijkheden, en ook onze notie van comfort die hopeloos scheef gegroeid is.

Hoewel de filosofie, die vertrekt vanuit lokaliteit, steeds meer zijn ingang vindt bij ontwerpers, is het moeilijk om échte circulariteit breed in de bouwsector te implementeren. Het vereist namelijk een heroverweging van ons huidige economische groeimodel, die krampachtig het idee van virtuele oneindigheid met een fysiek eindige grondstoffenvoorraad en planetaire draagkracht probeert te rijmen.

Hoe zie je die shift toegepast op de bouwsector?

Aan de basis van bewust consumptiegedrag ligt een fundamentele economische én culturele shift. We moeten anders denken. Anders valideren. De (maatschappelijke en monetaire) waarde van kennis over herstel, hergebruik, het behouden en omvormen van bestaande gebouwen… moet primeren boven het produceren of consumeren van meer of andere materialen. In de bouwsector moeten rendabele dienstverleningsmodellen ontstaan voor advies om niet te bouwen, minder te bouwen of vooral te hergebruiken. Dit staat haaks op het huidige verwachtingspatroon. We horen liever dat we wel nog mogen consumeren, maar gewoon anders. Het idee dat we, op bepaalde vlakken althans, drastisch moeten terugschroeven ‘om het klimaat te redden’, is een lastige boodschap.

We kijken vaak naar de overheid voor voorbeelden en regels, maar helaas staan veel beleidskeuzes echte circulariteit in de weg. De verplichting tot en de jarenlange subsidiëring van energetische renovaties bijvoorbeeld, gaat volledig voorbij aan de bijhorende milieu-impact van de toxische, maar betaalbare materialen die daarvoor doorgaans gebruikt worden. Ook zijn er LCA-tools, die de impact van een gebouw over de volledige levenscyclus in kaart brengen, maar die geen rekening houden met de CO2-impact buiten de landsgrenzen, wat het concurrentievoordeel van ‘made in China’ in stand houdt, ten koste van lokale bouwproducten. Dat zijn geen duurzame beleidskeuzes.

De bouwsector zou baat hebben bij een sociaal rechtvaardig beleid dat ruimte laat voor experimenteren en waar ook kleine afnemers, verwerkers en producenten een plaats in hebben. Een circulaire bouwsector vraagt om globaal te denken en lokaal te handelen.


Foto Wirestock


Wat zijn de grootste uitdagingen voor de bouwsector bij het omarmen van duurzame praktijken en circulariteit?

De maatschappelijke verschuiving naar een circulaire economie is daar een groot onderdeel van natuurlijk. Willen we afval reduceren, dan moeten we bouwprojecten meer als een ecosysteem benaderen, waarbij de vele kleine delen een invloed hebben op het grotere geheel. Dat is een complexe (niet te verwarren met ‘gecompliceerde’!) puzzel, maar daarin zit net de sleutel: als we deze complexiteit omarmen en er ons naar organiseren, is dat al een deel van het antwoord.

Dat vereist van alle bouwpartners verregaande specialisatie, vakkennis en een bereidheid om intensief samen te werken, alsook een aanvulling en verschuiving van rollen en verantwoordelijkheden binnen de waardeketen. Het belang van die kennis, en de tijd die nodig is om die te bundelen, moet meer naar waarde geschat worden.

Architecten zullen dus steeds meer moeten inpassen als één van de schakels in de samenwerkingsketen, waar ze tot nu toe, vanwege hun monopolie, steeds de regie én eindverantwoordelijkheid in handen hadden. Het beroep zal zich in de nabije toekomst hopelijk veel meer diversifiëren om die nood aan specialisatie te ondersteunen, maar in essentie mag het repertoire van cruciale ontwerpvragen en materiaalkennis van iedere architect ook nog een hele metamorfose ondergaan. De kerntaak van de architect, om zich borg te stellen voor maatschappelijk verantwoorde projecten, blijft mijns inziens onveranderd.

Tot slot zie ik veel architecten fantastisch (denk)werk leveren, maar veel kennis gaat vandaag nog verloren in afzonderlijke projecten. Kennisconsolidatie is een grote uitdaging. We moeten continu blijven ontdekken en bevindingen delen over wat wel en niet werkt. Hier wil NAV ook een verantwoordelijkheid in opnemen.

Welke rol speelt technologie in de duurzaamheidsuitdagingen binnen de bouwsector?

Technologie kan zeker bijdragen aan duurzaamheidsdoelen, maar het is geen allesomvattende oplossing. Het gaat er nog altijd om hoe, wanneer en in welke toepassing we (nieuwe) technologieën gaan gebruiken. Smart buildings zijn een goed voorbeeld. Slimme technologie gaat sturen op een ideaal comfortniveau, maar wat betekent dat precies? En is dat voor jou en mij hetzelfde? Technologie is nuttig als het ons, bij gebrek aan een “no- of low-tech” oplossing, effectief helpt om minder energie te verbruiken.

Wat zijn voor jou inspirerende voorbeelden uit de sector?

In Vlaanderen gaat mijn bewondering uit naar initiatieven als de Recupcentrale Gent en de Materialenbank Leuven, naar doeners als Hitch en Onbetaalbaar, naar publieke opdrachtgevers als de stad Mechelen en Sint-Niklaas, naar kleine aannemers als de Huismus en Woonder, naar ontwikkelaars als Whitewood en naar denkers en verbinders als Labland en Endeavour – om er maar een paar te noemen.

Ook onder architecten zijn er steeds meer die duurzaamheid als basis voor architecturale kwaliteit vooropstellen en van daaruit, met wisselend succes, het debat scherp stellen en het experiment aandurven. Ik denk aan DVVT architecten, die er met hun oeuvre in geslaagd zijn een internationale esthetische appreciatie aan te wakkeren voor het, in retrospect zeer circulaire, principe van “ruwbouw is afbouw” (mits de juiste materialisatie uiteraard). Ik denk ook aan Bureau bouwtechnieken, die als studiebureau ook weinig bewandelde paden durven onderzoeken wat het (bouw)technisch ontwerp betreft. Ik denk aan Rotor, die al jarenlang als architectenbureau en nu vooral als onderzoekers en materiaalmakelaars op dezelfde nagel zijn blijven kloppen: we moeten meer hergebruiken. Lof ook aan BC Architects, die een materiaaltak uitwerkten om met leem en reststromen nieuwe bouwproducten te ontwikkelen, en aan RE-ST, die het uitgangspunt van niet-bouwen op kleine en grote schaal uitdraagt, als aan bureaus als NU Architectuuratelier, Marge architecten en a2o, die een verfrissende samenwerkingscultuur introduceren in de sector…

Ik heb er nog veel niet genoemd, dus wil vooral benadrukken dat ik tout court veel respect koester voor alle bouwprofessionelen en opdrachtgevers die in deze ongunstige economische omkadering naar het beste van hun vermogen het klimaat blijven vooropstellen.

Hoe kunnen we als particulier een verschil maken?

Iedereen kan een steentje bijdragen aan een meer circulaire maatschappij. Informeer je, formuleer concrete ambities, durf moeilijke vragen te stellen aan de bouwpartners en sta open voor atypische oplossingen. Stel ook je eigen comfort in vraag: heb ik deze ruimte nodig? En moet deze ruimte wel verwarmd worden? Laat je niet vangen door verkoopspraatjes en mooie woorden, maar sta stil bij wat werkelijk duurzaam en milieuvriendelijk is. Is een ‘circulair’ product dat bestaat uit recyclaat uit China echt de beste oplossing? En weet dat er veel kennis en informatie voor handen is. Zo heeft de overheid bijvoorbeeld een gids ontwikkeld om ambities concreet te maken en zijn er steeds meer provinciale steunpunten die gratis eerstelijnsadvies bieden over milieuvriendelijke, klimaatadaptieve en natuurinclusieve bouwprincipes. Zoek bouwpartners die jouw ambities delen. Iedereen kan een verschil maken, want kiezen voor duurzaamheid is, in tegenstelling tot de heersende perceptie, niet altijd duurder, maar vergt vaak wel meer creativiteit, afstemming en onderzoek.

Tot slot, wat zou je nog willen meegeven aan de architecten?

Architecten: de maatschappelijke reflex die voorafgaat aan de aanscherping van normen, wetten en regelgeving, ligt in jouw handen. Wees dus kritisch ten opzichte van opdrachten en opdrachtgevers die het maatschappelijk belang niet voorop plaatsen. Daag de vraag uit en durf te weigeren bij te veel weerstand. Het klimaat is ongeduldig – sommige projecten kunnen misschien beter niet gerealiseerd worden. Laten we vooral samenwerken aan een (ver)rijk(end)ere architectuurcultuur.

Latest insights & stories

Schermafbeelding 2024 10 03 om 13 50 32

CLEAN POWER FOR TRANSPORT

Om de klimaatdoelstellingen te halen, moeten we de mobiliteit vergroenen. Het Departement Mobiliteit & Openbare Werken heeft daarbij niet alleen aandacht voor de vergroening van de huidige mobiliteitsoplossingen, maar ook voor de verschuiving naar milieuvriendelijkere modi. Zo focust het actieplan Clean Power for Transport op een vergroening van het voertuigenpark in alle segmenten en de uitrol van de nodige infrastructuur. Waar mogelijk werkt het Departement Mobiliteit & Openbare Werken hiervoor samen met buitenlandse partners, voor kennisuitwisseling en grensoverschrijdende oplossingen.

Schermafbeelding 2024 09 26 om 13 59 47
Smart Mobility & Logistics

MOBILITY AS A SERVICE

Om duurzame combimobiliteit te stimuleren, maken we in Vlaanderen werk van Mobility as a Service (MaaS). MaaS geeft gebruikers toegang tot multimodale vervoersoplossingen met meer gebruiksgemak en zet zo de eindgebruiker centraal. Maar mobiliteit organiseren is complex. Gebruikers willen controle en betrouwbaarheid, maar ook vrijheid en flexibiliteit. Daarvoor hebben we betrouwbare apps en afspraken met de aanbieders en alle MaaS-actoren nodig. Een uitgebouwd MaaS-ecosysteem als het ware. Om combimobiliteit verder te laten reiken dan onze eigen grenzen, kijken we ook uit naar internationale kennisdeling en samenwerking.

Vandersanden 6
Smart Buildings & Infrastructure

Nieuwe Pirrouet® -fabriek van Vandersanden haalt jaarlijks tot 2280 ton CO₂ uit de lucht

Vandersanden, het grootste familiebedrijf in Europa dat bakstenen produceert, heeft de eerste Pirrouet®-fabriek in Lanklaar officieel geopend. Het gaat om een investering van 32,5 miljoen euro. De fabriek produceert bij maximumcapaciteit jaarlijks 20 miljoen CO₂-negatieve Pirrouet®-gevelstenen. Een ton van deze stenen nemen tijdens het uitharden 60 kg CO₂ op, en het volledige productieproces wordt aangedreven door groene energie van zonnepanelen en een eigen windturbine. “Met de fabriek leveren we een aanzienlijke bijdrage aan CO₂-reductie en versterken we onze ambitie om tegen 2050 volledig CO₂-neutraal te opereren”, zegt Johan Deburchgrave, CEO van Vandersanden.

This site is protected by reCAPTCHA and the Google Privacy Policy and Terms of Service apply.
Drag
0%